Rechtbank kan niets met uitspraak van de ‘Hoge Raad van de Kinderen’
Utrecht, 22 februari 2022
De bestuursrechter is niet bevoegd om kennis te nemen van het beroep dat bij de rechtbank Midden-Nederland is ingesteld tegen het niet tijdig beslissen van de (Trust)belastingdienst. Omdat de Trustbelastingdienst geen bestaand bestuursorgaan is kan de rechtbank niet oordelen over het handelen van deze ‘dienst’.
Belastingdienst ontvangt duizenden brieven
Rechtbank gaat niet mee in verhaal
De Trustbelastingdienst is zonder twijfel geen bestaand bestuursorgaan. Ook de zogenoemde Hoge Raad van de Kinderen is een niet bestaand rechterlijk college, en is hoogstens een particulier initiatief. De verzoeken zijn geadresseerd aan een postbusnummer van de Belastingdienst. De rechtbank gaat er daarom van uit dat eisers beoogd hebben om de Belastingdienst aan te schrijven. De brieven, met een verwijzing naar het ‘arrest’, kunnen niet in verband worden gebracht met aanspraak die de 11 briefschrijvers op grond van het (belasting)recht zouden hebben of in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. De overtuiging van de briefschrijvers dat zij recht hebben op aanspraak van anderhalf miljoen euro omdat ze erfgenaam zijn van Nederland is een verhaal dat de rechtbank niet volgt. Er bestaat geen wettelijke regeling over een geboortetrust, zoals eisers die voor ogen hebben. Zij hebben dus ook geen financiële aanspraak van € 1.500.000,- op die geboortetrust en al helemaal niet op enige uitkering van de Belastingdienst of enig ander overheidsorgaan.
opmerking isabelle
Geef een reactie