BELGIE Volgens artikel 151 van de Grondwet zijn rechters «onafhankelijk in de uitoefening van hun rechtsprekende bevoegdheden». Zo’n wrakingsverzoek handelt dan ook over de objectiviteit van de rechter in kwestie. Het is een middel ter verzekering van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter. Die onpartijdigheid is een algemeen rechtsbeginsel dat rechtstreeks inwerkt op alle rechtsprekende instanties en vloeit voort uit de trias politica.

Als er redenen zijn om aan te nemen dat een rechter vooringenomen is, kan de persoon die denkt daar een nadeel van te kunnen ondervinden een wrakingsverzoek indienen op basis van één of meerdere van de twaalf gronden van wraking. Deze twaalf gronden van wraking staan in hoofdstuk 5, artikel 828, van het Gerechtelijk Wetboek. Indien de wraking terecht is, zal de rechter vervangen worden.

Bijlage: Art. 828 Ger.W.: wrakingsgronden
Art. 828. Ieder rechter kan worden gewraakt om de volgende redenen:
(1°) wegens wettige verdenking
(2°) indien de rechter of zijn echtgenoot persoonlijk belang bij het geschil heeft
(3°) indien de rechter of zijn echtgenoot bloed- of aanverwant van de partijen of van een hunner in de rechte lijn is, (…), of in de zijlijn tot in de vierde graad, of indien de rechter bloed- of aanverwant in de voormelde graad is van de echtgenoot van een der partijen
(4°) (indien de rechter, zijn echtgenoot, hun bloed- of aanverwanten in de opgaande en de nederdalende lijn, een geschil hebben) over een gelijksoortige aangelegenheid als waarover de partijen in geschil zijn;
(5°) indien in hun naam een geding aanhangig is voor een rechtbank waarin een van de partijen rechter is; indien zij schuldeiser of schuldenaar van een der partijen zijn;
(6°) indien een crimineel geding is gevoerd tussen hen en een van de partijen, of hun echtgenoten, bloed- of aanverwanten in de rechte lijn;
(7°) indien er een burgerlijk geding hangende is tussen de rechter, zijn echtgenoot, hun bloedverwanten in de opgaande en de nederdalende lijn of hun aanverwanten in dezelfde lijn, en een van de partijen, en dat geding, indien het door de partij is ingesteld, begonnen is vóór het geding waarin de wraking wordt voorgedragen; indien dat geding, ingeval het afgehandeld is, binnen zes maanden vóór de wraking afgedaan is;
(8°) indien de rechter voogd, toeziende voogd of curator, voorlopig bewindvoerder of gerechtelijk raadsman, begiftigde of vermoedelijk erfgenaam, meester of vennoot van een der partijen is; indien hij beheerder of commissaris is van enigerlei instelling, vennootschap of vereniging die partij is in het geding; indien een der partijen zijn begiftigde of vermoedelijke erfgenaam is
(9°) indien de rechter raad gegeven, gepleit of geschreven heeft over het geschil; indien hij daarvan vroeger kennis heeft genomen als rechter of als scheidsrechter, behalve indien hij in dezelfde aanleg:
1. heeft medegewerkt aan een vonnis of een uitspraak alvorens recht te doen;
2. na uitspraak te hebben gedaan bij verstek, van de zaak kennis neemt op verzet;
3. na uitspraak te hebben gedaan op een voorziening, later van dezelfde zaak kennis neemt in verenigde kamers;
(10°) indien de rechter heeft deelgenomen aan een vonnis in eerste aanleg en hij van het geschil kennis neemt in hoger beroep;
(11°) indien hij als getuige is opgetreden; indien hij, sedert de aanvang van het geding, door een partij op haar kosten ontvangen is of geschenken van haar heeft aangenomen;
(12°) indien er tussen hem en een van de partijen een hoge graad van vijandschap bestaat; indien er zijnerzijds aanrandingen, mondelinge of schriftelijke beledigingen of bedreigingen hebben plaatsgehad sinds de aanleg van het geding of binnen zes maanden vóór de voordracht van de wraking.

In het gerechtelijk recht wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de procedure in wraking (artikel 828 en 966 van het Gerechtelijk Wetboek) en het verzoek in vervanging (artikel 977 van het Gerechtelijk Wetboek).
Deze proceduremiddelen hebben elk een ander oogmerk: in het eerste geval wil men verhinderen dat een onbevoegde, afhankelijke of partijdige deskundige de schattingsverrichtingen opneemt, terwijl de tweede procedure beoogt de moeilijkheden te ondervangen die zouden oprijzen tijdens de procedure.

Wrakingsverzoek indienen bron

Voor de zitting

Twijfelt u al voor de zitting aan de onpartijdigheid van de rechter(s)?
Als u procedeert met , dan moet uw  een wrakingsverzoek indienen. Als u procedeert zonder procesvertegenwoordiging, dan kunt u zelf een brief schrijven waarin u aangeeft dat u de rechter wraakt. Beschrijf in de brief zo precies mogelijk waarom de rechter volgens u partijdig is. Verstuur het wrakingsverzoek voor de zitting.

Tijdens de zitting

Twijfelt u tijdens de zitting aan de onpartijdigheid van de rechter?
Zeg dan tijdens de zitting tegen de rechter dat u hem wraakt. En leg uit waarom u hem partijdig vindt. De zitting stopt dan. Uw wrakingsverzoek komt in het verslag van de zitting. U hoort ter plekke hoe het verdere verloop van uw zaak gaat.

Na de zitting

Twijfelt u na de zitting aan de onpartijdigheid van de rechter? En heeft de rechter nog geen uitspraak gedaan?
Als u procedeert met verplichte procesvertegenwoordiging, dan moet uw advocaat namens u een wrakingsverzoek indienen. Als u procedeert zonder verplichte procesvertegenwoordiging, dan kunt u zelf een brief schrijven waarin u aangeeft waarom u de rechter wraakt. Ook geeft u in het verzoek aan waarom u twijfelt aan de onpartijdigheid van de rechter.  Kort en feitelijk formuleren zonder drama of emotiesDeze brief moet zo snel mogelijk worden verstuurd nadat u bekend bent geraakt met de feiten en omstandigheden die u doen twijfelen aan de onpartijdigheid van de rechter. Als u de brief niet tijdig verstuurt, dan kan het zijn dat uw verzoek te laat is ingediend en dat het niet kan worden toegewezen. Na de uitspraak is het niet meer mogelijk om te wraken.

 

meer info over wraking