Ondanks de vele verdragen met de belofte tot bescherming van het recht van de mens en het bewaken van de vrede, slaagt de mens erin te verzaken aan haar beloftes en essentie van een goed en liefdevol wezen zijn. de verdragen zijn zinloos zolang de mens niet uit vrije wil kiest om verantwoordelijkheid te nemen tegenover zichzelf en de medemens. Niet de wet is gebrekkig, maar de mens die weigert om de wet na te leven. 

Waarom verdragen afsluiten als de wet IN elke mens leeft? Waarom het moeilijke maken als het gemakkelijk kan? Elke mens kent de wet, weet spontaan wat goed en kwaad is maar zolang de mens er bewust voor blijft kiezen om in verdeeldheid ipv in broederschap te leven, zal er altijd onvrede, verdeeldheid, leugen, manipulatie en oorlog zijn.

HET  BEGINT   BIJ  JEZELF

De UVRM vormt de basis voor mensenrechteninstrumenten van de VN en regionale organisaties als de Raad van Europa, de Organisatie van Amerikaanse Staten en de Afrikaanse Unie. Het UVRM legt de logische en natuurlijke levensbeginselen en principes vast die men dan rechten noemt:

Artikel 1: Vrijheid en gelijkheid
Artikel 2: Discriminatieverbod
Artikel 3: Recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid
Artikel 4: Verbod van slavernij
Artikel 5: Verbod op foltering
Artikel 6: Erkenning voor de wet
Artikel 7: Gelijkheid voor de wet
Artikel 8: Rechtshulp
Artikel 9: Verbod op willekeurige detentie
Artikel 10: Eerlijk proces
Artikel 11: Onschuldig
Artikel 12: Privacy
Artikel 13: Vrij reizen
Artikel 14: Asiel
Artikel 15: Nationaliteit
Artikel 16: Trouwen en een gezin stichten
Artikel 17: Eigendom
Artikel 18: Godsdienstvrijheid
Artikel 19: Vrijheid van meningsuiting
Artikel 20: Demonstreren en organisaties oprichten
Artikel 21: Kiesrecht
Artikel 22: Economische, sociale, culturele rechten
Artikel 23: Werk en loon
Artikel 24: Vrije tijd en vakantie
Artikel 25: Levensstandaard
Artikel 26: Onderwijs
Artikel 27: Kunst, cultuur en wetenschap
Artikel 28: Bescherming van mensenrechten
Artikel 29: Plichten en beperkingen
Artikel 30: Geen misbruik van rechten

Verdragen van de Verenigde Naties
In 1946 startte de VN de Commissie voor de Rechten van de Mens met als belangrijkste taak het schrijven van een verklaring: het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens (International Bill of Rights). 

Burgerrechten en politieke rechten
De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) nam in 1966 twee verdragen aan. Het ene is het Internationale Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR). Dit verdrag bestaat uit verschillende artikelen over onder meer discriminatie, marteling, eerlijk proces, vrije meningsuiting, kiesrecht en gelijkheid voor de wet.

Economische, sociale en culturele rechten
Daarnaast is er het Internationale Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (IVESCR). Dit verdrag bestaat uit meerdere artikelen. Deze gaan onder andere over werk, loon, voedsel, stakingsrecht, discriminatie, gezondheid en onderwijs. Pas in 1976 traden beide verdragen in werking: vanaf toen moesten landen die de verdragen ondertekend hadden zich eraan houden.

Naast deze twee verdragen zijn er zeven VN-mensenrechtenverdragen en bijbehorende comités die specifieke aandacht besteden aan een groep mensen of aan een bepaald recht.

Het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten- en politieke rechten (IVBPR) met toezichthoudend Mensenrechtencomité (HRC);
Het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (IVESCR) met toezichthoudend Comité inzake economische, sociale en culturele rechten (CESCR);
Het Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie (CERD) met toezichthoudend Comité inzake de uitbanning van rassendiscriminatie (CERD);
Het Internationaal Verdrag voor de uitbanning van alle vormen van vrouwendiscriminatie (CEDAW, ofwel Vrouwenverdrag) met toezichthoudend Comité inzake de uitbanning van vrouwendiscriminatie (CEDAW);
Het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende vormen van bestraffing (CAT) met toezichthoudend Comité tegen Foltering (CAT);
Het Internationaal Verdrag voor de rechten van het kind (CRC, ofwel Kinderrechtenverdrag) met toezichthoudend Comité inzake de rechten van het kind (CRC);
Het Internationaal Verdrag voor de Rechten van Mensen met een Handicap (VN-Verdrag handicap) met toezichthoudend Comité inzake de rechten van Mensen met een Handicap (CRPD).
Het Internationaal Verdrag tegen gedwongen verdwijningen (CED) met toezichthoudend Comité tegen gedwongen verdwijningen (CED).
Het Internationaal Verdrag voor Rechten van Migrerende Werknemers en hun Familieleden (CMW).