Artikel 8 – Recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven

  1. Een ieder heeft het recht op respect voor zijn privé leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie.
  2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.
Artikel 8 EVRM beschermt het recht op privacy en – zo volgt uit de jurisprudentie – op gegevensbescherming. Vormen van surveillance, zoals het aftappen van telefoons, GPS-tracking, of het onderscheppen van internetverkeersgegevens, vormen een inmenging met het recht op privacy. Het EHRM spreekt over ‘secret surveillance’ of ‘covert surveillance’ wanneer het gaat over methoden waarmee overheidsinstanties in het geheim informatie over mensen verzamelen.
Een inmenging door het openbaar gezag met het recht op privacy is alleen gerechtvaardigd voor zover bij wet voorzien (legaliteitsvereiste), en in een democratische samenleving noodzakelijk in het belang van een legitiem doel (noodzakelijkheidsvereiste).4 De bepaling bevat een limitatieve opsomming van legitieme doelen, waaronder de nationale veiligheid en het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten.
Artikel 8 is ook van toepassing op digitale gegevens die inzicht geven in privé leven, zoals bestanden op computers [1]smartphones [2] en gegevensdragers [3].

Ook het Handvest beschermt het recht op privacy en gegevensbescherming.

Artikel 7 Handvest Eerbiediging van het privé-leven en het familie- en gezinsleven Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn communicatie.
Artikel 8 Handvest  Bescherming van persoonsgegevens 1. Eenieder heeft recht op bescherming van de hem betreffende persoonsgegevens. 2. Deze gegevens moeten eerlijk worden verwerkt, voor bepaalde doeleinden en met toestemming van de betrokkene of op basis van een andere gerechtvaardigde grondslag waarin de wet voorziet. Eenieder heeft recht op toegang tot de over hem verzamelde gegevens en op rectificatie daarvan. 3. Een onafhankelijke autoriteit ziet toe op de naleving van deze regels.
Artikel 52, eerste paragraaf, Handvest vereist dat beperkingen op de uitoefening van de in het Handvest erkende rechten bij wet zijn gesteld (legaliteitsvereiste), noodzakelijk zijn (noodzakelijkheidsvereiste) en beantwoorden aan een doelstelling van algemeen belang of aan de eisen van de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Een verschil tussen het beschermingsmechanisme van het EVRM en het Handvest is dat de laatste ook vereist dat beperkingen de ‘wezenlijke inhoud’ van de in het Handvest erkende rechten eerbiedigen.

 

Vergelijking met de grondwet[bewerken | brontekst bewerken]

België[bewerken | brontekst bewerken]

In de Belgische grondwet is:

  • Het recht op privacy in artikel 22;
  • Het recht op huisvrede in artikel 15;
  • Het briefgeheim is in de Belgische grondwet geregeld in artikel 29.

Jurisprudentie[bewerken | brontekst bewerken]

  • EHRM 13-06-1979 Marckx/België, geen discriminatie tussen kinderen die binnen of buiten een huwelijk geboren zijn.
  • EHRM 21-06-1988 Berrehab-arrest, het wonen op dezelfde plaats is geen noodzakelijke voorwaarde voor een familieleven.
  • EHRM 09-12-2004 van Rossem-arrest, het doel van een huiszoekingsbevel moet zo duidelijk zijn dat bezwaar mogelijk is.
  • EHRM 30-09-2014 Prezhdarovi/Bulgarije, respect voor correspondentie op gezamenlijk gebruikte computers.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]