Op 30 september verschijnt bij uitgeverij De Eenhoorn ‘2031, het einde van België?’, vvan grondwetspecialist Stefan Sottiaux en historica en schrijfster Maartje van der Laak. Zowel De Standaard als De Tijd (zie hieronder) besteden ruim aandacht aan dit boek.

De stichters van België zijn vergeten, stellen jurist Stefan Sottiaux en historica Maartje van der Laak vast. Terwijl onze grondwet een van de meest vrijheidslievende ter wereld was. ‘We hebben verhalen nodig die ons opnieuw voeling geven met de fundamenten van onze rechtsstaat.’

De majestueuze begraafplaats van Brussel ligt vol graven van legendarische Belgen, van Paul Vanden Boeynants over Raymond Goethals tot Emile Vandervelde. Maar de rustplaats van de man die het land mee stichtte, ligt er troosteloos en overwoekerd bij. Tussen het mos, de bladeren en takken is nog net een Belgisch lintje zichtbaar. De inscripties zijn onleesbaar geworden. Zijn naam is zelfs geen vermelding waard op de nochtans lange lijst van notabelen op de ­Wikipediapagina van het kerkhof.

Grondwetspecialist Stefan Sottiaux (KU Leuven) en historica en schrijfster Maartje van der Laak stappen wat dichterbij. ‘Louis de Potter, Leader de la ­Révolution Belge’, lezen ze op een blinkend plaatje dat een nazaat onlangs aanbracht. Als journalist keerde De Potter zich enkele jaren voor de Belgische revolutie tegen de dictatoriale koning Willem I van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Door zijn gevangenisstraf groeide hij uit tot het gezicht van de nieuwe natie in 1830. Tienduizenden landgenoten onthaalden De Potter, die terugkeerde uit ballingschap, in die september­dagen juichend in Brussel.

Als oudste van de Belgische founding fathers nam De Potter de leiding van de Voorlopige Regering: hij stelde de onafhankelijkheidsverklaring van België op en las ze voor. De Potter opende daarna het Nationaal Congres, dat begon aan een grondwet voor het nieuwe land. De republikeinse De Potter haakte af omdat België een monarchie zou worden, maar het werk van de pioniers leverde een paar maanden later de meest vrijheidslievende en ­democratische grondwet ter wereld op, na die van de VS. ‘Mad democrats’, schreef Leopold I, die vanuit Engeland naar hier kwam om koning te worden, over de Belgen.

Wie kent De Potter en zijn collega’s als Charles Rogier, Alexandre Gendebien of Sylvain Van de Weyer nog? Sottiaux en Van der Laak verdiepten zich het afgelopen anderhalf jaar in de figuren, teksten en ideeën van toen. Daar kwam geen historisch of juridisch werk uit voort, maar wel een spannende jeugd­roman die het hoofdpersonage ­Sofie langs de levens van de Belgische voor­vaderen leidt, terwijl de toekomst van het land in haar handen ligt.

Conclusie van de twee wetenschappers: de Belgische constitutionele identiteit is dood. ‘Het is dringend tijd om die opnieuw uit te vinden, want de waarden en principes die ons land vorm­gaven, staan onder druk.’ Sottiaux en Van der Laak pleiten voor een nieuw ‘constitutioneel patriottisme’, te beginnen bij de jeugd. ‘Er is nood aan een gevoel van gehechtheid aan de natie. Niet via ras of afkomst, wel via de fundamentele waarden van vrijheid en gelijkheid.’

Maar die begrippen zijn te abstract en vaag, vinden Sottiaux en Van der Laak. ‘We moeten op zoek naar verhalen met helden, strijd, overwinningen en opofferingen, toespraken en leuzen. Denk aan de Belgische founding ­fathers, maar ook aan verzetshelden of historische figuren uit de vrouwenbeweging of het verzet. Zij kozen steeds ­opnieuw voor de rechtsstaat.’

Vodje papier

Een van de namen die volgens Sottiaux en Van der Laak in elk geheugen gegrift zouden moeten staan, is Vilain XIIII ­(Vilain Quatorze), een Vlaams adellijk geslacht dat onder meer goede banden onderhield met Napoleon Bonaparte. De familie, waarvan vier leden betrokken waren bij de Belgische revolutie, speelt een belangrijke rol in het boek. Het kasteel van Wissekerke in Kruibeke, de thuisbasis van de familie, wordt gerestaureerd en moet vanaf 2022 toeristen aantrekken.

Charles Vilain XIIII wierp zich in de jaren na 1830 op als de behoeder van de vrijheid van meningsuiting. Als minister van Buitenlandse Zaken weigerde hij de vraag van het autoritaire Franse regime om uitgeweken Franse dissidenten de mond te snoeren. ‘Jamais!’, riep hij uit in het parlement. ‘De uitspraken van Charles Vilain XIIII in het Nationaal Congres vormen de grondslag van de vrije meningsuiting’, zegt Van der Laak. ‘De discussies bij het ontstaan van België waren van wereldniveau, met verwijzingen naar vooral Franse denkers die het Britse parlementaire model bepleitten.’ Ook in de kranten werden hoogstaande debatten gevoerd over de Belgische inkleuring van de rechten en vrijheden. ‘België was daardoor de eerste stabiele liberale rechtsstaat op het Europese continent. We beseffen niet hoe uniek we toen waren.’

De meeste andere overblijfselen zijn er slechter aan toe dan het kasteel van Wissekerke. Te midden van het Brusselse Martelaarsplein, waar de Vlaamse ­regering zetelt, staat het Pro Patria­monument, de rustplaats van opstandelingen die tijdens de Belgische revolutie stierven. Omdat de overheid er niet naar omkijkt, wordt het monument onderhouden door vrijwilligers. De laatste ­koning die er een bezoek aan bracht, was Boudewijn.

De oorspronkelijke, handgeschreven versie van de grondwet is een ander voorbeeld. Sottiaux en Van der Laak ontdekten dat die opgeborgen ligt in een brandkast in een vestiaire in de Kamer, naast jassen, paraplu’s en brooddozen – haast als een vodje papier. In de vak­literatuur werd het document verloren gewaand. Volgens de Kamer wordt het document volgens de regels van de ­archiefkunst bewaard. ‘Maar er is geen protocol voor de raadpleging ervan’, zegt Van der Laak. ‘Dat zegt toch alles over onze grondwetscultuur? In de VS trekken dergelijke documenten miljoenen bezoekers.’

Vrijheid in alles en voor allen

De Congresplaats, aan de Koningsstraat, ligt er verlaten bij. Boven op de Congreskolom, 45 meter hoog, kijkt ­Leopold I over Brussel. Tussen de voegen komt onkruid piepen. De toren is niet meer toegankelijk, wegens bouwvallig. Elk jaar stelt Sottiaux aan zijn eerstejaarsstudenten rechten de vraag wie het monument kent, meestal zonder succes. Op de voorkant staan de namen van de Belgische voorvaderen in het goud. Zelfs George Washington, James Madison of Thomas Jefferson, de Amerikaanse founding fathers, klinken bekender in het Belgische oor dan deze namen.

‘In de 19de eeuw bouwde België aan een sterke grondwetscultus‘, zegt Sottiaux. ‘Het land moest opgebouwd worden, en ook de ongeletterde massa moest mee in het Belgische verhaal worden getrokken.‘ De grondwettelijke rechten en vrijheden werden vertaald in beelden, prenten, kaarten en munten. In 1859 was de Congreskolom klaar. De toren wordt omringd door vier vrouwen, die de vier ‘kardinale’ vrijheden verzinnebeelden: meningsuiting en pers, ­onderwijs, godsdienst en vereniging.

Die vier komen voort uit het monsterverbond dat liberalen en katholieken, tot dan aartsvijanden, verenigde in het verzet tegen Willem I. Ze vonden ­elkaar in erg verregaande vrijheden die zouden beschermen tegen overheidsinmenging. ‘Dat was onze eigen invulling van de verlichtingswaarden, die abstract en universeel zijn‘, zegt Sottiaux. De Belgische interpretatie van godsdienstvrijheid is bijvoorbeeld veel vrijer dan de Franse laïcité, en neigt naar de Angelsaksische, meer pluralistische traditie. ‘Liberté en tout et pour tous’ is de vergeten Belgische versie van het Franse ­’liberté, égalité et fraternité’.

Sottiaux pleit ervoor om onze hedendaagse interpretatie van grondrechten weer meer op de oorspronkelijke vertaling te enten, zoals besproken in het ­Nationaal Congres. ‘Vandaag spiegelen we ons te vaak aan internationale normen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Maar dat geldt bijvoorbeeld ook in Turkije en Rusland. Willen wij onze zwaarbevochten grondrechten op dezelfde manier ­interpreteren? Onze eigen grondwet geeft bijvoorbeeld veel meer ruimte aan de vrije meningsuiting dan het EVRM.‘ Die traditie moeten we volgens Sottiaux verderzetten.

Antwerpse avondklok

De Belgische grondwet is samen met de Amerikaanse en de Noorse de oudste ter wereld. Het boek van Sottiaux en Van der Laak draait om de zoektocht naar een fictief ‘Beëindigingsdecreet’ dat het Nationaal Congres gestemd zou hebben en dat voorziet in het vervallen van de grondwet in 2031. ‘Dat is de denkoefening die we de lezer voorschotelen: hoe vernieuwen we onze democratie?’, zegt Van der Laak.

Het oordeel van Sottiaux over het huidige België is scherp. ‘Ik ben er voorstander van dat bepaalde grondregels niet zomaar door een meerderheid te wijzigen zijn. Maar dat veronderstelt wel dat er een legitiem, stabiel en efficiënt democratisch systeem is. Ons land is disfunctioneel geworden. Het België van vandaag is dood. We moeten onze democratie opnieuw stichten. Onze voorvaderen hadden zoiets trouwens voorzien. Tijdens de besprekingen van de grondwet kwam de situatie ter sprake waarbij het volk opnieuw het recht had om verzet te plegen en de constituerende macht in handen te nemen.’

Hebben we dat punt bereikt?

Sottiaux: ‘Dat oordeel laat ik aan de ­lezer. Maar we zitten in een doodlopende straat en moeten opnieuw vooruit.’

Van der Laak: ‘Het zal niet volstaan om de bladeren van het graf van De Potter te borstelen, of de authentieke grondwet tentoon te stellen.’

Sottiaux: ‘Kijk naar de toespraak die de Franse president Emmanuel Macron ­vorige week gaf naar aanleiding van het 150-jarige bestaan van de Franse republiek. De geschiedenis is een weg naar steeds meer vrijheid en gelijkheid, zei hij. De Franse republiek is nooit af en moet permanent beschermd worden. Hetzelfde geldt voor onze democratie.

In welke context moeten we die oefening doen? In het boek wordt de vraag opgeworpen of België zoiets overleeft.

Van der Laak: ‘De grenzen waarbinnen rechten en vrijheden vorm krijgen, zijn ondergeschikt aan die normen zelf. Maar Vlaanderen doet het niet per se beter. Het duurde langer om de huidige Vlaamse regering te vormen dan om de oorspronkelijke Belgische grondwet te schrijven.’

Sottiaux: ‘Ons boek is belgicistisch noch separatistisch. Ook Vlaanderen kan perfect aan zo’n denkoefening beginnen, die als basis kan dienen voor een eventuele Vlaamse grondwet. We hoeven zeker niet alleen naar de Belgische revolutie te kijken voor ons gemeenschappelijke verhaal. Al in 1312 was er het Charter van Kortenberg, dat de voorloper van een grondwet was. Ook figuren of gebeurtenissen van erna kunnen een inspiratie zijn. Denk aan priester Daens.’

Vlaanderen laat veel kansen liggen. Een begroting in evenwicht zal niet leiden tot een groter samenhorigheids­gevoel. Kijk naar het onderwijs. In de nieuwe eindtermen komt het woord “grondwet” twee keer voor, en dan nog als abstract concept. Er wordt verwezen naar het EVRM, maar niet naar de Belgische grondwet zelf, die 150 jaar eerder mee de basis legde voor het EVRM. Dat is toch onbegrijpelijk? In het Verenigd Koninkrijk kan geen enkele leerling afstuderen die de Magna Carta niet kent.’

Van der Laak: ‘Terwijl jongeren overduidelijk geëngageerd zijn, kijk maar naar de klimaatmarsen en andere protesten. Maar ze vinden hun weg niet altijd in de representatieve democratie, omdat ze de principes daarvan te algemeen aangeleerd krijgen. We hebben verhalen nodig die ons opnieuw voeling geven met de fundamenten van onze rechtsstaat. Hoe kun je iets respecteren wat je niet kent?’

Sottiaux: ‘Hetzelfde geldt voor integratie. In Vlaanderen krijgen inburgeraars vijf waarden mee: respect, solidariteit, burgerschap, vrijheid en gelijkheid. Dat is zo abstract dat het betekenisloos wordt. Dat volstaat niet om nieuwkomers warm te maken voor onze democratie.’

Veel landgenoten zijn net trots op het gebrek aan een nationale identiteit. Valt daar niets voor te zeggen?

Sottiaux: ‘Tot zowat tien jaar geleden was dat nog verdedigbaar. Maar die democratische decadentie is vandaag gevaarlijk. De liberale rechtsstaat wordt van te veel kanten bedreigd. Wij zijn opgegroeid met een communistisch werelddeel en met verse herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog. Jongeren zien veel minder wat het is om niet in een democratie te leven. Bepaalde illiberale ­democratieën oogsten zelfs lof, zoals Singapore. De grootste democratieën ter wereld, de VS maar ook India, ­kraken in hun voegen.’

Van der Laak: ‘Tegelijk zien we dat de democratie slecht aangepast is aan nieuwe uitdagingen, zoals het klimaat, maar ook terrorisme of een globale ­gezondheidscrisis.’

Sottiaux: ‘We hebben nood aan burgers die doordrongen zijn van de vrijheidsgedachte en die bereid zijn om gezondheid en veiligheid af te wegen tegen andere belangen, waaronder het voort­bestaan van de liberale democratie.’

U had veel kritiek op bepaalde coronamaatregelen.

Sottiaux: ‘Veel maatregelen waren proportioneel, maar andere helemaal niet. Ik denk aan het verbod om naar tweede verblijven te gaan, de Antwerpse avondklok of de mensonwaardige behandeling van ouderen. Wat me vooral stoorde, is dat wie opkwam voor individuele vrijheden werd weggezet als een egoïst. Wie dat doet, beseft niet dat individuele vrijheden net de hele maatschappij beschermen. Op z’n minst moet er discussie kunnen zijn, en dat kon lange tijd niet. Ook de media waren volgens mij te meegaand.’

Is die laksheid te wijten aan het gebrek aan een volwassen democratische cultuur?

Sottiaux‘Ik denk van wel. Het gemak waarmee de maatregelen werden aanvaard, verbaasde me enorm.’

Identiteit is een beladen begrip. Hoever moet of mag zo’n nationale identiteit gaan?

Sottiaux‘Identiteitsdenken op zich is niet problematisch, maar doorgedreven identiteitsdenken leidt tot een aantasting van grondrechten. Identitair rechts schermt graag met de verlichtingswaarden, maar dan een heel specifieke versie daarvan die bijvoorbeeld de godsdienstvrijheid beknot en die niet strookt met die van onze founding fathers. Dat het Grondwettelijk Hof onlangs aanvaardde dat volwassenen hun hoofddoek op de hogeschool moeten afzetten, is absurd. Dat is het einde van de godsdienstvrijheid. Maar ook links-identitair denken houdt gevaren in. Niemand heeft het recht om niet beledigd te worden, dat gaat lijnrecht in tegen de vrijheid van meningsuiting. Een debat onmogelijk maken gaat in tegen de oorspronkelijke filosofie van onze grondwet.’

Hoe wilt u zo’n nationaal debat in gang zetten? In 1830 besliste een elite.

Van der Laak: ‘Omdat er bij ons geen nationaal verhaal meer bestaat, kun je dit niet overlaten aan een groepje filosofen of politici. De hele bevolking moet betrokken worden. Maar er is een ­momentum nodig, en het is erg moeilijk om dat artificieel te creëren.’

Sottiaux: ‘Er broeit van alles. Het is nu het moment om na te denken over hoe we ons voorbereiden op een nieuwe toekomst voor België. Grijpen we terug naar de waarden van de founding fathers of schrijven we iets nieuws? Misschien is de 200ste verjaardag van België, in 2030, wel een mooie horizon. Als België er dan nog is.’

2031, het einde van België? verschijnt op 30 september bij uitgeverij De Eenhoorn.

Door Matthias Verbergt Foto’s Fred Debrock

 


Het land zoals het vandaag bestaat, is dood.

 

We moeten de democratie in België heruitvinden. En dat kan maar als we opnieuw begrijpen hoe ze in 1831 vorm kreeg. Dat is de gedachte achter het jeugdboek ‘2031, het einde van België?’, dat grondwetspecialist Stefan Sottiaux en historica Maartje Van der Laak schreven.

Kunnen jullie drie sleutelfiguren uit de Belgische revolutie opnoemen? Of drie verzetshelden die voor onze waarden van vrijheid en gelijkheid vochten? Grondwetspecialist Stefan Sottiaux (KU Leuven) en historica Maartje Van der Laak (VUB) stellen plots zelf de vragen, halfweg het gesprek. Daarmee willen ze hun punt aantonen: we hebben geen politieke cultuur, geen verzameling van verhalen die de waarden achter onze wetten duidelijk maken.

En dus besloten ze een jeugdboek over de materie te schrijven. Zij vanuit haar ervaring als historica en jeugdboekenschrijfster, hij vanuit zijn voorliefde voor grondwetten. De plot is voortgesproten uit een citaat van Thomas Jefferson, waarin hij argumenteert dat een grondwet die niet met een gewone meerderheid kan worden veranderd, ondemocratisch is: ‘De wereld behoort toe aan de levenden, niet aan de doden.’

In het boek van Sottiaux en Van der Laak hebben de Belgische grondwetschrijvers in 1831 een ‘beëindigingsdecreet’ geschreven, waarin staat dat de grondwet na 200 jaar vervalt. Alleen is dat decreet – dat anno 2020 politiek explosief is geworden – destijds verdwenen en wordt het nu gezocht. Om het spannend genoeg te maken voegden de auteurs er een vleugje Dan Brown aan toe: achtervolgingen, raadsels en geheimen in oude monumenten.

Het deed hen herontdekken hoe verloederd die gedenkplekken erbij liggen. ‘Het ergste was het patriottisch monument op het Martelarenplein in Brussel’, zegt Van der Laak. ‘Het wordt onderhouden door vrijwilligers. Er zou een conflict zijn tussen de federale overheid en het gewest: de ene is bevoegd voor het deel onder de grond, de andere voor het deel boven de grond. We gaven de gids 50 euro en hij bedankte ons, omdat ze ermee weer poetsmiddel konden kopen.’

Het toont hoe het ons ontbreekt aan wat Jurgen Habermas ‘constitutioneel patriottisme’ noemt’, zegt Sottiaux. ‘Het idee komt neer op een gemeenschapsgevoel tussen burgers te creëren. Niet op basis van ras of geloof. Maar op basis van de waarden in de grondwet, zoals vrijheid en gelijkheid. Dat lukt pas als die waarden ingebed worden in een nationale grondwetcultuur.’

Duitsland is een goed voorbeeld. De Duitse grondwet is opgebouwd uit menselijke waardigheid, als reactie op het nazi­regime. Frankrijk is een ander voorbeeld met de liberté, égalité, fraternité én met de laïcité, die weinig ruimte geeft aan godsdienstvrijheid.’

België heeft die traditie niet meer. Al staat Brussel vol met standbeelden uit de 19de eeuw.Van der Laak: ‘Toen was die cultuur er wel. De leuze was: ‘Vrijheid in alles voor allen.’ Het was de tijd waarin Karl Marx en Victor Hugo naar Brussel vluchtten, omdat ze hier hun boeken mochten drukken en niet opgepakt werden. België was toen trots op die liberale grondwet. Die vrijheden kwamen er als reactie op het dominante bewind van de Nederlanders. In 1850 is de bouw van de Congreskolom op het Congresplein gestart.’

Sottiaux‘Ik toon elk jaar in mijn aula van 700 studenten een foto van dat monument. Niemand weet wat het is. Niemand weet dat de vier beelden op de kolom de vier grondwettelijke vrijheden ( van vereniging, pers, onderwijs en eredienst, red. ) voorstellen.

Hoe zijn we die kennis kwijtgespeeld?

Sottiaux: ‘Het heeft te maken met het verdampen van de Belgische democratie. Ik blijf het vreemd vinden dat ook de partijen die België hoog in het vaandel dragen de nationale cultuur niet voeden. En andersom dat de Vlaamsgezinde partijen nooit werk hebben gemaakt van een Vlaamse grondwetcultuur.’

Dat merk je in de Vlaamse eindtermen en de inburgeringscursussen. Je zou daar kunnen spreken over de Belgische grondwet en alles wat daaraan voorafging. Zoals het charter van Kortenberg uit 1312. Het was na de Magna Charta het eerste charter dat de macht van de heersers – de hertogen van Brabant – aan banden legde en grondrechten verankerde.’

‘Wel wordt gedoceerd over de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die zes eeuwen later kwam. Wie de Vlaamse cursus inburgering volgt, is dan meteen ook ingeburgerd in Rusland en Turkije. Weet een Syrische vluchteling dan wel in welke traditie hij stapt?’

Je merkt het in politieke toespraken, waar het referentiekader ontbreekt. Amerikaanse politici kunnen verwijzen naar ‘government of the people, by the people, for the people’ of ‘liberty and justice for all’. Wij niet.

Sottiaux: ‘Wie kent in België Marie Popelin? De eerste vrouwelijke doctor in de rechten, die in 1888 werd geweigerd aan de balie omdat het hof van beroep zei dat advocaat een mannenberoep was? Maar we kennen wel Rosa Parks, die in de Verenigde Staten een boegbeeld van de burgerrechtenbeweging werd.’

Het tegenargument is dat onze iden­titeit net inhoudt dat we er nauwelijks een koesteren.

Sottiaux‘Twintig jaar geleden kwam je daar nog mee weg, maar vandaag wordt het een gevaarlijke houding. De democratische waarden staan onder druk, al is het maar omdat de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog almaar verder in het geheugen liggen. Niet-liberale landen als Singapore en China zien er minder afschrikwekkend uit voor jongeren dan het Oostblok vroeger. Daar komen nog andere dingen bij, zoals sociale media of buitenlandse inmenging in verkiezingen.’

‘Als dan terroristische aanslagen worden gepleegd of een coronavirus uitbreekt, betekent dat een stresstest voor het systeem. Op dat moment heb je waakzame burgers nodig die veiligheid afwegen tegen hun grondrechten.’

Gingen we daar in de coronastrijd te laks mee om?

Sottiaux: ‘Ik verbaasde me over het grote gemak waarmee alles aanvaard werd, over de traagheid waarmee vanuit de media kritiek kwam en over de manier waarop die kritiek werd weggezet. Je bent geen lobbyist als je het overdreven vindt dat mensen niet naar hun tweede verblijf mogen. Je komt als waakzame burger ook op voor de burgerrechten zelf.’

‘Een ander voorbeeld: deze week gaf de advocaat-generaal van het Europees Hof van Justitie zijn advies over een Belgische zaak over onverdoofd slachten. Ik ken geen enkel land dat zo makkelijk een rechtszaak over zoiets belangrijks – een gevoelige ethische afweging tussen dierenwelzijn en godsdienstvrijheid – uitbesteedt aan een internationaal rechtshof dat toekijkt op het naleven van mensenrechten in de hele wereld.’

‘Ik noem dat ‘constitutional outsour­cing’. We zijn vergeten dat we daar zelf een traditie in hebben met eigen accenten. Daarom geven we in het boek een rol aan Charles Vilain Quatorze, die mee schreef aan de grondwet. Hij zag in de vrijheid van meningsuiting de beste garantie voor het laten botsen van ideeën: ‘celles qui sont de verre se briseront, celles qui sont de fer persisteront.’

Moeten we terug naar de grondwet van 1831?

Sottiaux: ‘Nee. De samenleving evolueert. Wel vinden we het belangrijk dat we duidelijker bepalen wat we van die erfenis willen behouden. Ik wil vermijden dat we over tien jaar een feest voor 200 jaar België houden waar niemand op afkomt.’

‘Vandaar de denkoefening: stel dat er een ‘sunset clause’ is die de grondwet binnen elf jaar laat uitdoven. Welke staatsvorm zou je dan kiezen? De monarchie? De republiek? Welke grondrechten? Welk model van scheiding tussen kerk en staat? Zou je België behouden? En zo ja, in welke vorm? Er is een fundamenteel debat over nodig. Het land zoals het vandaag bestaat, is dood. Er moet iets nieuws gebeuren.’

Het land is dood?

Sottiaux‘We moeten de democratie herstichten. Een klassieke staatshervorming is niet genoeg. Een wervende tekst is de grondwet al lang niet meer. Eerder een samenlevingscontract tussen Vlamingen en Franstaligen.’

‘Het gaat daarom dieper: rond welke waarden bouwen we de grondwet? Ik geef bewust mijn visie daar niet op, omdat ik de discussie wil openlaten. We moeten dit debat voeren op een manier waarbij de burger én de jeugd betrokken zijn.

Van der Laak: ‘Daarom een jeugdboek. We hebben nood aan verhalen die ons opnieuw voeling geven met de rechtsstaat. Want hoe kan je iets respecteren wat je niet kent?’

Stefan Sottiaux en Maartje Van der Laak, ‘2031, het einde van België?’, Eenhoorn, 463 pagina’s. 24,95 euro. Verschijnt op 30 september. 

NORA SLEIDERINCK EN BART HAECK

bron